Onderstaand schema geeft inzicht in de benodigde geldmiddelen voor de langlopende financiering en de manier waarop deze beschikbaar komen (de funding).
Het totaalvolume van de benodigde financieringen bedraagt € 835,7 miljoen. Vanuit de volumes van de reserves en voorzieningen en vanuit de bestaande leningenportefeuilles voor de vaste financiering is een bedrag van €839,1 miljoen beschikbaar. Dit betekent dat per ultimo 2020 een positief banksaldo wordt voorzien van € 3,4 miljoen.
De financieringsfunctie is ruimschoots in staat om voldoende middelen beschikbaar te stellen voor dekking van de reeds gepleegde investeringen, de kosten in de grondexploitatie en voor de in 2020 begrote investeringen.
Bedragen x € 1.000 | ||||
Benodigd voor | Bedrag | Financiering middels | Bedrag | |
Activa gemeente Arnhem en grondexploitatie | 753.944 | Reserves en voorzieningen | 130.318 | |
Uitgezette gelden aan gelieerde instellingen en woningcorporaties (kapitaalverstrekking en leningen u/g) | 51.614 | Opgenomen gelden in de kapitaalmarkt (leningen o/g) | 707.849 | |
Obligo's en waarborgsommen | 1.000 | |||
Overige uitgezette middelen (o.a. nog te ontvangen erfpacht en bijdragen aan activa van derden) | 30.178 | Rekening courant B.N.G. en kasgeldleningen | -3.431 | |
Totaal langlopend te financieren | 835.736 | Totaal financiering | 835.736 |
Leningenportefeuille 2020
Onderstaand schema geeft inzicht in de samenstelling van de volumes in het jaar 2020 van de huidige leningenportefeuille van de financieringsfunctie. Het betreft leningen opgenomen gelden (O/G) en leningen uitgezette gelden (U/G).
Bedragen x € 1.000 | |||||
Leningen portefeuille | Stand | Stand | rente | ||
01.01.2020 | Opname | Aflossing | 31.12.2020 | 2019 | |
Leningen O/G | |||||
Leningen portefeuille | 633.516 | 64.625 | -39.595 | 658.546 | 13.388 |
Nog aan te trekken financiering in 2019 | 49.294 | 49.294 | 246 | ||
Leningen t.b.v. woningcorporaties | 10 | -1 | 9 | 0 | |
Totaal leningen O/G | 682.820 | 64.625 | -39.596 | 707.849 | 13.635 |
Leningen U/G | |||||
Vaste leningen uitstaand | 51.894 | -5.030 | 46.864 | 1.002 | |
Woningcorporaties | 10 | -1 | 9 | 0 | |
Totaal leningen U/G | 51.904 | 0 | -5.031 | 46.873 | 1.002 |
Rentevisie
In recente jaren is als gevolg van de lage rentestand de gemiddeld te betalen rente voor de gemeente gestaag gedaald. Deze zal naar verwachting de komende jaren rond de 2% schommelen. Als gevolg van gewijzigde wetgeving in het BBV is de gemeente niet meer vrij in het bepalen van de intern in rekening te brengen omslagrente, maar moet binnen marges de gemiddelde marktrente worden gevolgd. Een omslagrente van 4%, zoals de gemeente hanteerde voor het jaar 2018, is niet meer toegestaan. Deze bedraagt momenteel in Arnhem 2%.
Om meerjarig gebruik te blijven maken van de lage marktrente kiest de gemeente ervoor om nu en in de komende jaren leningen met lange looptijden aan te trekken waarvan de rente nog steeds laag is (momenteel onder de 1%). Wanneer de rente ook in 2021 zo laag blijft is de kans aanwezig dat de omslagrente in 2021 verlaagd moeten worden om te voldoen aan de eisen uit het BBV.
De lange looptijden hebben ruimte gecreëerd om in toekomstige jaren - wanneer de rente voor nieuwe leningen mogelijk weer op een hoger niveau terecht zal komen - met behulp van leningen met kortere looptijden toch een lage gemiddelde rente te realiseren binnen de wettelijke mogelijkheden van de gemeente.
Als gevolg van de renterisiconorm (zie hieronder) is een gemiddelde looptijd van korter dan ongeveer vijf jaar (met een bijbehorende nog lagere rente) voor de gemeente niet toegestaan. De gemeente zou dan in een jaar meer leningen moeten herfinancieren dan is toegestaan.
Mandaat (voor nieuw aan te trekken financieringsmiddelen)
Met het vaststellen van deze MJPB 2020 – 2023 inclusief de paragraaf financiering mandateert de gemeenteraad het college om voor de financieringsbehoefte per onderscheiden categorie in 2020 leningen aan te gaan tot de volgende maximumtotalen:
Bedragen x € 1.000 | |
Maximaal toegestane leningen 2020 | Maximaal |
Eigen gemeentelijke financieringsbehoefte | 250.000 |
Financieringsbehoefte sociale woningbouw | 100.000 |
Financieringsbehoefte aan gemeente gelieerde inst. | 50.000 |
Kasgeldlimiet
De Wet FIDO geeft concrete richtlijnen voor gemeenten voor het beheersen van het renterisico in verband met de korte termijn financiering. De kasgeldlimiet is een wettelijk maximum (plafond) voor het volume geldleningen in de vorm van zogenaamde call- en kasgeldtransacties.
De bovengrens is bij ministeriële regeling voor het jaar 2020 vastgesteld op 8,5 % van het lastentotaal van de gemeentelijke begroting. De begroting van de gemeente Arnhem voor het jaar 2020 heeft een omvang van € 759 miljoen en daarmee komt de kasgeldlimiet uit op € 64,5 miljoen.
Het Rijk geeft gemeenten veel ruimte om maximaal gebruik te maken van (goedkope) financiering met kasgeld. Hoewel het gemeenten formeel niet is toegestaan de kasgeldlimiet te overschrijden (Wet FIDO, art. 4, lid 1), hoeven deze pas aan de toezichthouder te rapporteren wanneer de kasgeldlimiet drie kwartalen op rij wordt overschreden (art. 4, lid 2). Hiermee wordt gedoogd de kasgeldlimiet twee kwartalen op rij te overschrijden.
De gemeente Arnhem stuurt erop onder de kasgeldlimiet te blijven en deze niet te overschrijden.